Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing

Financiële kengetallen

Hieronder wordt ingegaan op de financiële positie van de provincie. Dit gebeurt aan de hand van een aantal financiële kengetallen, die tezamen een weerspiegeling vormen van hoe de provincie er de komende jaren in financiële zin voorstaat. Dit betreft de zogenaamde financiële kengetallen zoals die door het BBV worden voorgeschreven. Het BBV schrijft voor dat de kengetallen opgenomen en toegelicht moeten worden in de begroting en jaarrekening, maar geeft geen normen. Gemeenten en Rijk hebben wel afspraken gemaakt over zogenaamde signaleringswaarden, maar die gelden dus niet specifiek voor provincies (zie bijlage).

In de Kadernota 2021 zijn voor vijf financiële indicatoren signaleringswaarden vastgesteld door PS. Dit betreft: schuldquote, solvabiliteit, weerstandsvermogen, structurele lasten investeringen, garant- en borgstellingen. Deze indicatoren worden in combinatie met de verplichte kengetallen vanuit het BBV tevens toegelicht in het onderdeel  Indicatoren – Financiële indicatoren. De signaleringswaarde voor de verplichte indicatoren zijn:

  • netto schuldquote: 200%
  • solvabiliteit: 20%

 

Jaarrekening 2020

Begroting 2021 t/m NJN

Begroting 2022

Raming 2023

Raming 2024

Raming 2025

Netto schuldquote

85,8%

115,1%

147,1%

178,8%

208,5%

232,1%

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

84,3%

113,4%

144,8%

176,1%

205,9%

229,5%

Solvabiliteitsratio

45,9%

39,5%

33,4%

27,5%

22,9%

19,0%

Structurele exploitatieruimte

20,6%

8,0%

5,2%

6,8%

5,0%

n.t.b.

Grondexploitatie

0,0%

0,0%

0,0%

0,0%

0,0%

0,0%

Belastingcapaciteit (tarief PZH t.o.v. gemiddelde)

111,1%

109%

110%

110%

110%

110%

De komende jaren komt een aantal grotere investeringen op het gebied van infrastructuur en groen tot uitvoering. Voor het financieren van de uitvoering van deze investeringen zijn niet voldoende eigen financieringsmiddelen beschikbaar. Dat betekent dat de provincie de komende jaren meer moet gaan lenen, wat leidt tot een oplopende schuldquote, een afnemende solvabiliteit en een lagere vrij besteedbare exploitatieruimte. Met de toenemende kapitaallasten alsmede de stijgende onderhoudslasten is rekening gehouden in de begroting. De effecten zijn zichtbaar in de ontwikkeling van de structurele exploitatieruimte. Met name bij de schuldquote is sprake van planningsonzekerheden omtrent de uitgaven die kunnen leiden tot een bijstelling van de schuldquote. In 2024 wordt de signaleringswaarde voor de netto schuldquote bereikt; in 2025 wordt ook de signaleringswaarde voor de solvabiliteit bereikt. Het is noodzakelijk goed te monitoren hoe de indicatoren zich daadwerkelijk ontwikkelen om tijdig bij te kunnen sturen. Intensivering van investeringen is vooralsnog niet mogelijk.

Deze pagina is gebouwd op 11/17/2021 10:03:28 met de export van 11/17/2021 09:58:19