Om de beleidsdoelen voor de ambitie te halen, hebben we deze vertaald in een aantal beleidsprestaties. Die staan hieronder beschreven.
Beleidsdoel 4-1 Innovatie: richting duurzaam en digitaal
Beleidsprestatie 4-1-1 Innovatie stimuleren
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Innovatie zorgt ervoor dat er nieuwe duurzame en digitale oplossingen worden gevonden voor de maatschappelijke opgaven, en dat er een innovatief vestigingsklimaat ontstaat waardoor bedrijven zich hier willen vestigen. De transitie naar een digitale en duurzame economie vraagt om meer en snellere innovaties. Veel van de in dit hoofdstuk genoemde programma’s en initiatieven dragen bij aan provinciebrede transities als digitalisering, klimaatadaptatie, duurzaamheid en circulariteit. Daarnaast is innovatie cruciaal voor het behoud van de huidige welvaart en de economische positie van de Zuid-Hollandse bedrijven. Door innovatie kunnen zij concurrentievoordelen behalen waarmee ze meer toegevoegde waarde genereren. Daarbij vervult het innovatieve mkb een sleutelrol als kraamkamer van vernieuwende ideeën, producten en processen, met name binnen de topsectoren van Zuid-Holland. Toepassing van deze innovaties binnen het brede mkb is een belangrijke vervolgstap om de duurzame en digitale economie daadwerkelijk te realiseren. Met transities en innovaties zorgen wij ervoor dat Zuid-Holland klaar en weerbaar is voor de toekomst. Deze begrotingsronde is bestuurlijk gebruikt om prioriteiten nog scherper te positioneren. Er is gekozen voor een afbouw bij enkele bestaande economie-onderwerpen ten gunste van de transities. Het betreft specifiek de transitie-onderwerpen Circulair en Duurzaamheid op bedrijventerreinen. In totaal is in de begroting van 2022 en 2023 € 2 mln ingezet en verplaatst naar de transities (waarvan bij deze beleidsprestatie € 0,5 mln).
Om de doelen op gebied van innovatie te bereiken worden de volgende succesvolle subsidieregelingen in 2022 opnieuw opgegesteld:
- MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT) om regionale innovatie binnen de topsectoren te stimuleren (€ 13 mln);
- Campussen Zuid-Holland, voor kansrijke initiatieven binnen de campussen van de Technische Universiteit Delft, de Universiteit Leiden en de Space Campus Noordwijk (€ 1,5 mln);
- Regionale netwerken voor innovatie in Zuid-Holland, om het organiserend vermogen van innovatieve economische clusters en hun onderlinge verbondenheid te versterken (€ 1,5 mln).
Daarnaast zijn middelen vrijgemaakt om bij te dragen in de volgende onderwerpen:
- Vormgeven en uitwerken van prioriteiten uit de nationale en regionale Groeiagenda (€ 0,5 mln plus 2 nieuwe formatieplekken);
- Vaste financiering van de InnovationQuarter-organisatie, de regionale ontwikkelingsmaatschappij van Zuid-Holland (€ 2 mln);
- De verdere opbouw van het Innovatieprogramma in de Zorgtechnologie (€ 0,6 mln) zoals dat voor nieuwe technologie in de maakindustrie (Smitzh) en voor klimaat en energie al eerder is gestart;
- Fieldlabs (praktijkomgevingen waarin bedrijven en kennisinstellingen doelgericht innovatieve producten, processen en diensten uit-ontwikkelen, testen en implementeren), € 0,3 mln uit eigen provinciale middelen; daarnaast inzet om middelen uit de Europese EFRO-regeling via het Kansen voor West programma te verkrijgen;
- Inrichting en uitwerking van de Spacecampus in het kader van de regiodeal Noordwijk (€ 3 mln);
- Het Startup in Residence programma en andere activiteiten die het Innovatieteam uitvoert (€ 0,5 mln);
- Biobased Economy (€ 0,4 mln), waaronder de ontwikkeling van de Biotech Campus bij het DSM-terrein in Delft;
- Het project ACCEZ (€ 1,4 mln) voor ontwikkeling van hergebruik van basismaterialen inde bouwwereld, op de locaties Binckhorst in Den Haag en Het Groene Hart;
- Versterking Life Science and Health cluster (LSH; € 0,2 mln) voor ontwikkelingen van het cluster rond Leiden en Rotterdam en de opzet van een Taskforce LSH binnen de Economic Board Zuid Holland;
- Breed mkb (€ 0,2 mln) met een ‘robuust ecosysteem’ voor ondernemerschap om het brede midden- en kleinbedrijf in Zuid-Holland te versterken en te ondersteunen;
- Leerpark Drechtsteden (€ 1,2 mln), bedoeld om het innovatieklimaat in de maritieme maakindustrie te versterken door startups en scale-ups de kans te geven zich te vestigen. Daartoe wordt de centrale campus Leerpark verder ontwikkeld met onder andere de ‘Maakfabriek’, een productiehal voor start-ups. Dit is onderdeel van het plan om het Leerpark in Dordrecht te ontwikkelen tot Fieldlab Smart Industry Campus. De Maakfabriek beoogt een nauwe samenwerking tussen start-ups, de maakindustrie, R&D-teams van gevestigde innovatieve bedrijven, onderwijsinstellingen en investeerders.
Voor cofinanciering van de Europese subsidies in het kader van het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en Europese territoriale samenwerking (Interreg) is gewacht op de nieuwe Europese zevenjaarsperiode, die ingaat in 2021. De provincie stelt eigen cofinancieringsmiddelen beschikbaar om extra sturing, gebruik en effect van deze EU-middelen te bereiken. De eerste subsidies worden naar verwachting in 2022 verstrekt. Daarnaast komen naar verwachting middelen beschikbaar uit het EFRO programma Kansen voor West 2 en het REACT EU-fonds om economisch herstel van de coronacrisis te ondersteunen. Dit hangt af van onderhandelingen tussen de lidstaten en met Europese Commissie en Parlement.
Beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de Greenports
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
In 2022 is voor greenports € 2,6 mln beschikbaar. Vanuit het programma zijn er zoals afgesproken in het College van GS middelen teruggevloeid naar de algemene middelen. Deze middelen waren bestemd om in de modernisering van het teeltareaal te investeren. Dit betekent dat de provincie aan de gebiedsprocessen nu geen verder vervolg zal geven met investeringen in de fysieke ruimte. Ook zal de provincie niet mee investeren met partners, zoals de Rabobank en gemeenten, in gezamenlijke instrumenten voor modernisering van het teeltareaal, zoals HOT (Herstructurering Ontwikkeling Tuinbouw). Het programma gaat voort op de onderstaande thema’s. Dit jaar wordt onder meer uitgevoerd:
- Ruimtelijke modernisering van het teeltareaal door de inzet van procesgelden om gebiedsprocessen te ondersteunen in glastuingebieden, zoals de gebiedsprocessen Broekpolder en Oranjepolder (Greenport West-Holland), Trappenberg-Kloosterschuur (Greenport Duin- en Bollenstreek) en Baan- en Sotaweg (Greenport Aalsmeer). Daarnaast wordt gewerkt aan de verdere ontwikkeling van passend (ruimtelijk) instrumentarium, de opzet van een dynamische glasmonitor en verdere verkenning van moderniseringsmogelijkheden. De provincie stimuleert samen met de partners in de Greenport West-Holland de transitie naar duurzame teelt door duurzaam waterbeheer en de ‘emissieloze kas’ te stimuleren;
- Energietransitie door continuering van het energieakkoord Greenport West-Holland, voortgang van geothermieboringen voor glastuinbouw in de provincie en afspraken over de aansluitingen van de glastuinbouwcomplexen in de Greenport West-Holland op de hoofdtransportleiding voor warmte, de WarmtelinQ.
- Agrologistiek door voortzetting van de bijdrage aan de rail-, binnenvaart en shortseaprojecten in relatie tot ‘modalshift’ regeling, BO MIRT en groeifonds. Daarnaast onderzoek naar innovatieve concepten zoals automatische remtesten van treinen en hyperloop.
- Innovatie en internationalisering door continuering van het innovatiepact Greenport West-Holland, bijdragen aan innovatieprojecten op het gebied van circulair, duurzaamheid en digitalisering zoals innovatieprogramma Agritech. Daarnaast voortzetting lidmaatschap Europees netwerk ERIAFF en voorbereiding voor provinciale handelsmissies China, deelname aan internationale beurzen;
- Voortzetting van de begrotingssubsidies voor de Zuid-Hollandse greenports voor versterking van het netwerk om op triple helixniveau samen te werken. Hiermee wordt de benodigde transitie in de glastuinbouw naar duurzaam en digitaal versneld.
Beleidsprestatie 4-1-3 Transitie Havencomplex
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
De haven van Rotterdam is van groot belang voor de regionale en nationale economie en werkgelegenheid, en vormt een onmisbare schakel in de transitie naar een nieuwe economie. Hierbij gaat het erom een CO 2 -arme, circulaire en slimme haven te helpen realiseren en de economische kansen die hiermee gepaard gaan te benutten.
De provincie richt zich bij de transitie van de Rotterdamse haven op:
- samenwerking en innovatie stimuleren;
- havengerelateerde ontwikkelingen en overslaglocaties ruimtelijk mogelijk maken;
- een energie- en grondstoffenefficiënte haven stimuleren en mogelijk maken;
- de greenport- en Mainportrelatie stimuleren door facilitering van het bedrijfsleven.
De inzet van de provincie bij de transitie van de Rotterdamse haven is terug te vinden in Beleidsdoel 3-3: Naar een duurzaam energie- en grondstoffensysteem in de industrie, en in Ambitie 4 Concurrerend Zuid-Holland.
- In Beleidsdoel 3-3 is de inzet van de provincie gericht op verduurzaming van de industrie, met vanuit de afspraken uit het Klimaatakkoord een sterke focus op het Haven-Industrieel Complex (HIC). Het gaat erom de energie-efficiency te ontwikkelen, de energie-infrastructuur mede te ontwikkelen en het energie- en grondstoffensysteem in de industrie te vernieuwen.
- Vanuit Ambitie 4 ligt de focus op samenwerking in het gebied en innovaties stimuleren. Bedrijven (ook die in het HIC) kunnen hiertoe bijvoorbeeld een beroep doen op provinciale regelingen zoals RINZ en MIT en op het Energie & Klimaat programma. Zo ontvangt ondernemersvereniging Deltalinqs via de RINZ-regeling jaarlijks een bijdrage voor uitvoering van het Deltalinqs Climate Program.
- Ook voor grotere projecten zijn er financiële instrumenten beschikbaar, zoals het energie-innovatiefonds van de provincie (ENERGIIQ) en Europese programma’s, zoals Kansen voor West en het Just Transition Fund. Naar verwachting worden deze Europese programma’s in 2022 voor het eerst opengesteld. De provincie bereidt deze samen met regionale partners voor.
Bij deze Europese programma’s is er ook de mogelijkheid om eigen middelen toe te voegen om meer projecten en een groter maatschappelijk effect te realiseren. Dit gebeurt deels vanuit lopend budget in Beleidsdoel 3-3 en deels vanuit Ambitie 4. Bij Ambitie 4 gaat het om de middelen die PS in de Voorjaarsnota 2017 beschikbaar hebben gesteld voor het project Waste to Chemicals (W2C), om bij te dragen aan de transitie van de (chemische) industrie in het HIC. Het project is door omstandigheden nog niet van start gegaan en inmiddels is ook bekend dat het project een andere invulling gaat krijgen. Om niet meer afhankelijk te zijn van de voortgang van dit specifieke project, worden de middelen (vanuit dezelfde doelstelling) als eigen inzet toegevoegd aan de openstellingen voor Kansen voor West 3 en/of het Just Transition Fund. Dit biedt bijvoorbeeld ruimte om vanuit eigen middelen extra bij te dragen bij zeer goed lopende openstellingen. Streven is om uiterlijk bij de Voorjaarsnota 2022 een concreet beeld te hebben hoe (en wanneer) de middelen ingezet gaan worden: als ‘financieel instrument’ (dat wil zeggen als lening of storting in een fonds tot een maximum van € 7,5 mln, bij een risicoprofiel van 40%), of als subsidie (tot een maximum van € 3 mln).
Beleidsprestatie 4-1-4 Digitaal Zuid-Holland
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Er is in 2022 voor dit onderwerp € 1 mln materieel budget beschikbaar. Daarnaast beschikt de provincie over een eigen projectorganisatie. De budgettaire formatie hiervan wordt vanaf 2022 met 1 fte uitgebreid. Hiermee wordt ingezet op de vier pijlers:
- Goede digitale infrastructuur zoals 5G en glasvezel;
- Technologische innovaties zoals kunstmatige intelligentie;
- Kennis en vaardigheden in de arbeidsmarkt, met extra aandacht voor het brede mbk;
- ‘Cyberinnovatie’ en ‘cyberbewustzijn’ bij bedrijven.
Omdat met name het mkb en ook kleine en middelgrote gemeenten het lastig hebben bij deze onderwerpen, wil de provincie kennis en bewustzijn onder hen verspreiden. De provincie gebruikt het budget voor activiteiten om partijen met elkaar te verbinden, bijvoorbeeld op het thema Smart City en Cyberveiligheid, waarin zij samenwerkt met The Hague Security Delta.
Daarnaast wordt gekeken naar cofinanciering van een regionale European Digital Information Hub (EDIH). Een EDIH ondersteunt bedrijven in hun digitale transformatie en doet dit zonder winstoogmerk. Deze ondersteuning kan bestaan uit testruimte bieden, netwerkactiviteiten initiëren, (potentiële) medewerkers trainen en opleiden, digitale transformatie ondersteunen en toegang tot financiering mogelijk maken (het betreft € 0,5 mln van de genoemde € 1 mln materieel budget).
Beleidsprestatie 4-1-5 Circulair Zuid-Holland
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
De strategie Circulair Zuid-Holland is in 2020 vastgesteld. Voor dit onderwerp is in 2022 € 1,75 mln aan materieel budget beschikbaar. Tevens is een programmateam aanwezig. De reguliere formatie hiervoor is tot en met 2027 gedekt. De activiteiten in 2022 zijn gericht op:
- De op- en uitbouw van de circulaire vernieuwersnetwerken, hun ambities en agenda’s.
Het gaat hierbij om de thema’s biobased bouwen, natuurlijke reststromen en circulaire zonne-energie.
Tevens start een netwerk op retoursystemen voor plastic verpakkingen; - Het starten van concrete innovatie en doorbraakprojecten die verschil kunnen maken in de transitie naar een circulaire maatschappij;
- Het opstellen van een stimuleringsregeling gericht op het ondersteunen van circulaire innovaties en doorbraakprojecten;
- Het versterken van de regionale samenwerking rondom het thema circulair.
Deze begrotingsronde is bestuurlijk gebruikt om prioriteiten nog scherper te positioneren. Er is gekozen voor een afbouw bij enkele bestaande Economie-onderwerpen ten gunste van transities. Naar Circulair wordt tot en met 2024 € 1 mln budget verplaatst, waarvan € 0,25 mln in 2022. Hierdoor wordt het budget van € 1,5 mln naar € 1,75 mln verruimd.
Circulair Zuid-Holland is een provincie-breed onderwerp dat meerdere vakgebieden raakt. Elke ambitie stelt in 2022 haar agenda op met de bijdrage die zij levert aan de transitie naar een circulaire economie. Dit is inclusief een op te stellen uitvoeringsprogramma. Zie ook de samenvatting voor alle provincie-brede onderwerpen die centraal in de begroting is opgenomen.
Beleidsdoel 4-2 Creëren van een rijk vestigingsklimaat
Beleidsprestatie 4-2-1 Voldoende werklocaties op de juiste plek van de juiste kwaliteit
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Om de doelstellingen uit het coalitieakkoord te realiseren zijn de volgende activiteiten en initiatieven geprogrammeerd:
- Openstelling van de subsidieregeling Verduurzaming bedrijventerreinen (€ 3 mln) om maatregelen voor energiebesparing en duurzame opwekking en verduurzaming in groen en biodiversiteit te subsidiëren. Het oorspronkelijke bedrag was € 2,5 mln; aan dit onderwerp is extra prioriteit toegekend en daarom wordt in 2022 en in 2023 elk € 0,5 mln aan het budget toegevoegd. Dit is gedekt door te kiezen voor afbouw van budget voor onderzoek en inkoop van data voor de bedrijventerreinen-, winkelgebieden- en kantorenmarkt en afbouw van budget bij de subsidieregeling voor pas gediplomeerden (Human Capital);
- Verlenging van de subsidieregeling planvorming bedrijventerreinen (€ 0,5 mln) om samenwerkingsverbanden van bedrijven te stimuleren toe te werken naar toekomstbestendige bedrijventerreinen;
- Verlenging van de subsidieregeling planvorming detailhandel (€ 0,5 mln) om vitale centra te creëren en leegstand tegen te gaan;
- Onderzoek naar en monitoring van de markt voor bedrijventerreinen, winkelgebieden en kantoren door data te verzamelen en in te kopen en behoefteramingen en pilots uit te voeren (€ 0,75 mln). Oorspronkelijk was dit € 1 mln, er is gekozen voor eenmalige afbouw van € 0,25 mln; zie de tekst bij Verduurzaming bedrijventerreinen;
- Vertaling van de bedrijventerreinenstrategie naar het omgevingsbeleid en beoordeling van de regionale visies bedrijventerreinen;
- De inzet van ambassadeurs bedrijventerreinen en het overleg centrummanagement winkelgebieden vertalen naar maatregelen om bedrijventerreinen en winkelgebieden toekomstbestendig en vitaal te maken en te houden;
- Verdieping in de afstemming met de andere opgaven op ruimtelijk gebied (opgaven ruimte, wonen, bodem, mobiliteit en milieu), om te borgen dat de positie van de provincie in verstedelijkingsdossiers integraal wordt bepaald;
- Verdieping in de afstemming met en bijdragen aan de transitieopgaven zoals circulair, energietransitie, klimaatadaptatie en digitalisering;
- ‘Regiodeal / Dolderman’ (€ 1,5 mln). In het kader van de regiodeal Drechtsteden zal de provincie bijdragen aan de bedrijfsverplaatsing van het bedrijf Dolderman (onder meer onderhoud van scheepsmotoren). Op de huidige centrumstedelijke locatie kan en mag Dolderman de bedrijfsvoering niet voortzetten in verband met onder meer geluidshinder. Verplaatsing naar de beoogde kavel op een bestaand bedrijventerrein en de erop volgende herontwikkeling kent hoge ontwikkel- en herstructureringskosten en is niet volledig rendabel. Deze verplaatsing is van belang vanuit economisch oogpunt en verstedelijking. De huidige centrumlocatie komt beschikbaar voor woningbouw. De bijdrage van de provincie in het gehele project is beperkt.
Beleidsprestatie 4-2-2 Human Capital, een beroepsbevolking met de juiste vaardigheden en kennis
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
De beoogde acties om de afgesproken doelstellingen te bereiken zijn:
- Instandhouding van het meerjarig programmateam, in samenwerking met InnovationQuarter en de Economic Board Zuid-Holland (€ 1,8 mln voor de periode 2020-2023).
- Een meerjarige subsidieregeling waarin partijen subsidie kunnen aanvragen voor specifieke sectoren binnen de regionale arbeidsmarkt (in totaal € 5 mln t/m 2023).
- Samenwerking met andere provincies in Nederland waar vergelijkbare projecten voor de arbeidsmarkt zijn of worden ontwikkeld.
- Subsidieregeling tegemoetkoming onlangs gediplomeerden, waarbij jongeren met een diploma op mbo-2, mbo-3 of hbo-niveau worden ondersteund bij hun zoektocht naar een eerste baan. Hierbij kunnen werkgevers een tegemoetkoming in de loonkosten aanvragen (budget € 0,5 mln voor 2022). Van het oorspronkelijke bedrag voor 2022, te weten € 1 mln, is € 0,5 mln afgebouwd ten gunste van transities, in dit geval specifiek aan Duurzaamheid op bedrijventerreinen.
Beoogd effect:
- Een goed functionerende, veerkrachtige en adaptieve arbeidsmarkt waarbij de betrokken partijen vanuit hun rol en verantwoordelijkheid eraan bijdragen het aanwezige potentieel te realiseren;
- Een beroepsbevolking die een positieve vestigingsvoorwaarde voor (toekomstbestendige) bedrijven is.
Beleidsdoel 4-3 Erfgoed, cultuur en toerisme
Beleidsprestatie 4-3-1 Behoud en ontwikkeling van cultureel erfgoed en toerisme in balans met de omgeving
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Tot en met 2023 zijn incidentele middelen beschikbaar gesteld voor cultuur, toerisme en erfgoed. Met deze middelen worden de doelstellingen uit het coalitieakkoord gerealiseerd. Na 2023 zijn uitsluitend de structurele middelen op het gebied van rijksmonumenten, archeologie en cultuur beschikbaar. Er wordt ten opzichte van 2023 circa € 4 mln afgebouwd, van € 19 mln naar € 15 mln (het huidige jaar 2021 ligt rond € 25 mln). Provinciale Staten hebben gevraagd om voor 2022 en 2023 € 2 mln per jaar toe te voegen aan het budget voor restauraties van rijksmonumenten. In deze begroting wordt gevolg gegeven aan dit verzoek. De extra inzet op rijksmonumenten wordt gefinancierd door bestaande cultuur- en erfgoedonderwerpen af te bouwen. Dit betekent dat voor toerisme, groot onderhoud molens en het provinciaal archeologisch depot minder middelen beschikbaar zijn in 2022 en 2023. Voor Digitalisering Cultureel Erfgoed en Publieksbereik Archeologie worden geen middelen meer beschikbaar gesteld, waardoor deze volledig worden afgebouwd. Op deze wijze proberen we zoveel mogelijk ambitie met de beschikbare middelen te realiseren.
Voor 2022 zijn op basis hiervan de volgende activiteiten en initiatieven geprogrammeerd:
- Restauratie en herbestemming van Rijksmonumenten (€ 3,6 mln). Met de bijbehorende subsidieregeling worden subsidies verleend voor de restauratie van rijksmonumenten. Ook worden er duurzaamheids- en toegankelijkheidsmaatregelen genomen voor herbestemming van religieus, agrarisch en industrieel erfgoed. Door de middelen voor restauratie van rijksmonumenten te verhogen, geeft de provincie een impuls om de restauratieachterstand bij rijksmonumenten in Zuid-Holland in te lopen.
- Opdrachten verlenen voor adviezen op maat voor herbestemming van rijksmonumenten (€ 0,1 mln).
- Inzet van de aanjager herbestemming rijksmonumenten die eigenaren ondersteunt om een passende bestemming voor hun monument te vinden.
- Ondersteuning bij verduurzaming monumenten, in samenwerking met het Energieteam en Erfgoedhuis Zuid-Holland .
- Boekjaarsubsidie verlenen om het vakmanschap in de restauratiemarkt te bevorderen (€ 0,02mln).
- De restauratieachterstand bij Rijksmonumenten in Zuid-Holland via de Erfgoedmonitor bijhouden (€ 0,04).
- Erfgoedlijnen (€ 3,5 mln). Om ons erfgoed beter beleefbaar te maken worden, samen met zo’n 300 in- en externe partners, de zeven erfgoedlijnen verder ontwikkeld. Met de subsidieregeling voor Erfgoedlijnen worden, op advies van de erfgoedtafels, uitvoeringsprojecten gesubsidieerd. De provincie wil het budget van erfgoedlijnen deels structureel maken. Dit draagt bij aan de continuïteit en het vergroot de bereidheid van onze externe partners om te investeren.
- Openstelling van de subsidieregelingen voor regulier en groot onderhoud molens (€ 1,4 mln). Door groot onderhoud te plegen, kunnen meer kostbare restauraties aan molens worden uitgesteld. Bovendien blijven de monumentale waarden van deze werktuigen behouden en kunnen ze op veilige wijze worden opengesteld voor het publiek. Het budget voor groot onderhoud was de afgelopen twee jaren € 0,5 mln maar is per 2022 met € 0,2 mln naar beneden bijgesteld als gevolg van de herprioritering door PS. Dit bedrag wordt afgestaan aan het budget voor restauratie van rijksmonumenten.
- Boekjaarsubsidie aan het Erfgoedhuis, zodat dit orgaan in staat is volgens de gemaakte afspraken bij te dragen aan de culturele sector in Zuid-Holland (€ 2 mln). Het budget is verhoogd in lijn met het eerdere besluit van Provinciale Staten.
- Toerisme (€ 0,8 mln). Uit de subsidieregeling toerisme worden projecten ondersteund die bijdragen aan toerisme en maatschappelijke opgaven, verduurzaming, en bewoners en jeugd betrekken. Ook ondersteunt de provincie regionale samenwerking, bijvoorbeeld met het Nationale Park Hollandse Duinen, en data-alliantie. Voor 2022 (en 2023) is de begroting met € 0,2 mln teruggebracht voor meer restauraties van rijksmonumenten, waardoor er in 2022 één subsidietranche wordt gerealiseerd.
- Immaterieel erfgoed. Om immaterieel erfgoed zoals streektaal en -geschiedenis te behouden, wordt waar mogelijk aansluiting gezocht bij bestaand beleid. In het jaarplan 2022 van Erfgoedhuis Zuid Holland zijn diverse activiteiten opgenomen.
- Digitalisering erfgoed: het Prins Bernhard Cultuurfonds (PBCF) stelt het Themafonds Digitalisering Erfgoedcollecties Zuid-Holland open. De provincie heeft in verband met prioriteit voor restauratie van rijksmonumenten haar bijdrage van jaarlijks € 0,05 mln moeten afbouwen en er is met ingang van 2022 geen budget meer voor deze taak.
- Voor de Erfgoeddeals was uit de coalitiemiddelen € 0,05 mln oorspronkelijk per jaar beschikbaar. Naar aanleiding van de bestuurlijke gewenste extra inzet voor de restauratie van rijksmonumenten van € 2 mln in 2021 is besloten dit bedrag daarvoor te gebruiken. Voor de jaren 2022 en 2023 blijft € 0,05 mln beschikbaar voor Erfgoeddealprojecten.
Het landelijke Erfgoeddealprogramma loopt af in 2022. In IPO-verband wordt bij het ministerie van OCW gepleit voor een vervolg van dit programma en bij voorkeur met een uitbreiding ervan. Deze uitbreiding is gewenst vanwege de grote landelijke transitieopgaven voor klimaatadaptatie, energietransitie en stedelijke groei en krimp, die leiden tot aanzienlijke ruimtelijke ingrepen waarbij erfgoed goed als inspiratiebron kan dienen.
Beleidsprestatie 4-3-2 Archeologische vondsten zichtbaar maken voor een breed publiek
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Om de doelstellingen van het coalitieakkoord te realiseren zijn de volgende activiteiten en initiatieven geprogrammeerd voor 2022:
- Beheer van het provinciaal depot voor archeologische vondsten (€ 0,3 mln). De middelen zetten we in voor het collectiebeheer waaronder verdere digitalisering van analoge opgravingsdocumentatie en adequate huisvesting. Op verzoek van PS is extra prioriteit gegeven aan restauratie van rijksmonumenten. De hiervoor benodigde middelen worden gedekt door bestaande budgetten af te bouwen. Voor het depot betekent dit dat in 2022 € 0,3 mln in plaats van € 0,5 mln beschikbaar is.
- Subsidieregeling Publieksbereik archeologie. De benodigde extra middelen voor genoemde restauratie van rijksmonumenten worden ook uit dit onderwerp gedekt (€ 0,2 mln). Dat betekent dat er voor 2022 geen middelen meer beschikbaar zijn voor de subsidieregeling en dat naar andere wegen moet worden gezocht om de ambities op het terrein van publieksbereik te realiseren.
- Netwerktafel Ontstaan van Holland (€ 0,2 mln). We bouwen de netwerktafel uit tot een hecht samenwerkingsverband van publieke en private partijen, gericht op publieksactiviteiten en projecten over het ontstaan van het graafschap Holland (900-1300).
- Limes Unesco (€ 0,18 mln). In juli 2021 is de Neder-Germaanse Limes tot Werelderfgoed benoemd. Hiervan liggen vijf plaatsen in Zuid-Holland. We werken samen met Nederlandse en Duitse partners in een regeling om aan de eisen van Unesco te voldoen. Met name op de korte termijn vereist dat een extra inspanning om individuele managementplannen voor iedere plaats op te stellen, net als onderzoeks- en beheersplannen.
Beleidsprestatie 4-3-3 Versterken cultuurparticipatie en bibliotheken
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in? Om de afgesproken doelen te behalen draagt de provincie bij in de financiering van de volgende culturele instellingen in Zuid-Holland:
- Probiblio, om de openbare bibliotheken in onze provincie te ondersteunen (€ 5 mln). Probiblio voert daar taken voor uit die zijn opgenomen in het provinciale toetsingskader. Mogelijk wordt dit toetsingskader mede op basis van de evaluatie van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen bijgesteld door GS.
- Kunstgebouw (€ 1,6 mln). Het Kunstgebouw biedt als expert op het terrein van cultuuronderwijs tweedelijns ondersteuning aan gemeenten en onderwijs in Zuid-Holland via de programma’s Cultuureducatie met kwaliteit (CmK), kijkkunst en doekunst voor het primair onderwijs. De organisatie is versterkt en de in 2021 ingezette uitbreiding naar het Voortgezet Onderwijs en cultuurparticipatie wordt voortgezet in 2022.
- Jeugdtheaterhuis (€ 0,3 mln). Het Jeugdtheaterhuis biedt binnenschoolse en buitenschoolse theatereducatie- en musicallessen voor jongeren op vijf locaties in de provincie Zuid-Holland. Daarnaast is het werkgebied via een pilot in de Krimpenerwaard uitgebreid.
- Popunie (€ 0,2 mln). De Popunie ondersteunt beginnende popmuzikanten met een helpdesk, cursussen en workshops. Daarnaast bevordert Popunie het optreedklimaat met bij het landelijke programma Kunstbende, een talentenwedstrijd voor jongeren.
- SEOP (circa € 0,036 mln). Stichting Educatieve Orkest Projecten (SEOP) wil kinderen laten kennismaken met klassieke muziek, via symfonieorkesten met diverse projecten voor het primair onderwijs, zoals project Gershwin.
- Bevrijdingsfestival (circa € 0,023 mln). De provincie ondersteunt het bevrijdingsfestival Rotterdam met een bijdrage voor een kinderprogramma, debat en scholentour en radio Freedom.
Daarnaast versterkt de provincie de basisvoorziening Cultuurparticipatie (€ 0,3 mln). Door inzet van deze middelen wordt aangesloten op landelijke programma’s zoals Cultuureducatie met Kwaliteit, en worden de urgente intensiveringen voor Kunstgebouw en Jeugdtheaterhuis voortgezet.
In 2021 is, in samenwerking met gemeenten opdracht gegeven voor een advies over samenwerking cultuurbeleid Zuid-Hollandse gemeenten, provincie en Rijk. Dit advies leidt tot een samenwerkingsagenda en zal zijn beslag krijgen in 2022.
Tot slot coronasteun. In 2022 bekijken we in overleg met gemeenten hoe we de cultuursector kunnen ondersteunen, bijvoorbeeld door een gezamenlijke lobby richting Rijk. Ook zullen wij met onze partners in gesprek blijven om de gevolgen van de coronamaatregelen inzichtelijk te monitoren en te overleggen hoe we kunnen helpen, mocht de coronacrisis ook nog in 2022 voortduren.